Helpdesk & FAQ

Blowerdoortest in de EPB-software

Welke waarde moet ingevuld worden in de EPB-software bij het uitvoeren van een blowerdoortest?


Het resultaat van de blowerdoortest is de luchtverplaatsing uitgedrukt in m³ per uur, het luchtlekdebiet bij 50Pa van de buitenschil, de V50. De V50 is het gemiddelde van de lekdebieten, gemeten bij overdruk en bij onderdruk.


De ‘meetwaarde van het lekdebiet’ die wordt ingevuld is het specifieke luchtlekdebiet v50 (met kleine letter v). De V50-waarde moet worden gedeeld door de testoppervlakte Atest van de gebouwschil. Het testoppervlak van het beschouwde EPW- of EPU-volume waarvoor de luchtdichtheid wordt gemeten, moet overeenstemmen met het verliesoppervlak van het beschouwde EPW- of EPU-volume.

V50/Atest is het specifieke luchtlekdebiet v50 dat wordt ingevuld in de EPB-software in het veld ‘meetwaarde van het lekdebiet’. Deze waarde moet dus ingevuld worden ipv de waarde bij ontstentenis die op 12 staat.

 

De q50 is de V50-waarde gedeeld door het netto verliesoppervlakte. Deze mag niet verward worden met de v50. De q50-waarde wordt in het kader van de energieprestatieregelgeving niet gebruikt.

 

De n50-waarde is het infiltratievoud bij 50Pa of het aantal keer per uur dat de hoeveelheid lucht in het gemeten volume wordt vervangen bij een drukverschil van 50 Pa.
n50 = V50/netto binnenvolume [m³/h per m³ = h-1].

Met n50 wordt in EPB niet gerekend. Deze waarde is alleen van belang voor het behalen van een passiefhuiscertificaat.


9 augustus 2017



 

faq