Helpdesk & FAQ

Gegevens Ventilatietoestel D voor de EPB-aangifte

Moeten de gegevens van een gekozen ventilatietoestel D uit de EPB-database gehanteerd worden voor de EPB-aangifte of mogen de gegevens van de aanvraagdatum gebruikt worden?


Q: "In 2010 werd een vergunning aangevraagd. Door middel van een voorafberekening werd er gestreefd naar een bepaald E-peil. Het gekozen ventilatietoestel D beschikt over een EN308 testrapport en is volgens de documentatie uitgerust met "constant flow" ventilatoren die harder of zachter gaan draaien om de vereiste debieten te behalen. Sinds enkele maanden is dit toestel opgenomen in de EPB database (www.epbd.be). Volgens deze gegevens ligt het rendement een stuk lager en is er geen automatische regeling van het debiet. Hierdoor kan het vooropgestelde E-peil niet gehaald worden.
Moeten de gegevens uit de epb-database gehanteerd worden voor de EPB-aangifte of mogen de gegevens van de aanvraagdatum gebruikt worden?"

 

A: In de oorspronkelijke rekenmethode moest het thermisch rendement van een warmteterugwinapparaat worden bepaald overeenkomstig NBN EN 308. Bij het opstellen van de procedures voor de opname van warmteterugwinapparaten in de EPB-productdatabank, bleek dat de norm NBN EN 308 onvoldoende duidelijk is. Elk testcentrum kon bijgevolg een eigen interpretatie toepassen van die norm, met zeer uiteenlopende resultaten voor eenzelfde toestel als gevolg.

 

Daarom werd een eenduidige testmethode vastgelegd, gebaseerd op de norm NBN EN 308. Deze is beschreven in bijlage G bij bijlage V bij het Energiebesluit van 19 november 2010.

 

In het kader van de energieprestatieregelgeving worden volgende rendementen aanvaard:

  • voor dossiers met stedenbouwkundige vergunningsaanvraag of melding tot en met eind 2011 en waarvoor de aangifte wordt ingediend voor 1 januari 2013, moet het rendement bepaald zijn volgens NBN EN 308 (een rendement bepaald volgens bijlage G volstaat hier uiteraard ook);
  • voor dossiers met stedenbouwkundige vergunningsaanvraag of melding vanaf 1 januari 2012 of waarvoor de aangifte wordt ingediend vanaf 1 januari 2013, moet het rendement bepaald zijn volgens bijlage G van bijlage V van het Energiebesluit.


Als het warmteterugwinapparaat niet beschikt over een rendement volgens de vastgelegde norm, bepaald volgens bovenstaande, vult u "0" in.

 

Concreet:

Als de aangifte ingediend wordt voor 2013 en u beschikt over een rendement volgens EN308, mag u dat gebruiken.
Als de aangifte ingediend wordt na 1/1/2013, moet u de gegevens uit de databank overnemen.

 

VEA (19-11-2012)

Bijgewerkt op 27-05-2016 (arch. Saskia Gabriël, adviseur energieconsulentenproject NAV)


11 augustus 2017



 

faq