In bepaalde situaties en voor specifieke constructies kan het gebeuren dat het respecteren van de Umax-waarden moeilijk te realiseren valt. In deze gevallen kan worden beroep gedaan op de 2% regel.

Wat is de 2%-regel?

De 2%-regel is een vrijstelling die geldt op de minimale isolatie-eisen op constructie-componenten van de buitenschil.  De 2% wordt oppervlaktegewogen berekend.

 

Wanneer geldt de 2%-regel?

De regel geldt voor nieuwe, vernieuwde en na-geïsoleerde constructies en dit zowel in nieuwbouw als renovatie.

(vernieuwd constructieonderdeel: het constructieonderdeel waarvan de bestaande  de dragende structuur geheel of gedeeltelijk wordt vervangen.)

De nieuwe, vernieuwde en na-geïsoleerde constructieonderdelen moeten voldoen aan de maximale warmtedoorgangscoëfficiënt of aan de minimale warmteweerstand zoals vastgelegd binnen de epb-regelgeving.

 

Indien er geen of onvoldoende isolatie voorzien kan worden (in gelijk welke situatie) om de maximale U-waarde te behalen, kan men gebruik maken van de 2% regel. Er geldt dat maximaal 2% van de totale oppervlakte van nieuwe of vernieuwde scheidingsconstructies (waarvoor eisen gelden in vak 1 van bijlage VII) van het beschermde volume, vrijgesteld is om aan de maximale U-waarde te voldoen. De EPB-software 3G past dat principe toe en berekent de indicatieve boetes aan de hand van deze regel.

bron: VEA (2017)

In welke gevallen geldt de 2%-regel niet?

  • De 2%-regel geldt niet voor scheidingsconstructies tussen twee beschermde volumes op aangrenzende percelen.
  • De 2%-regel geldt niet voor scheidingsconstructies binnen het beschermd volume.
  • De 2%-regel geldt ook niet voor scheidingsconstructies die grenzen aan een bestaand beschermd volume op het eigen perceel.
  • De 2%-regel is ook niet van toepassing op de volgende gevallen :
  • scheidingsmuren /-vloeren of -plafonds tussen 2 woningen
  • scheidingsmuren /-vloeren of -plafonds tussen woningen en gemeenschappelijke delen
  • constructies tussen woningen en andere niet-residentiële eenheden
  • constructies tussen een epb-eenheid met bestemming industrie en een aangrenzende niet-industriële bestemming.

 

Hoe wordt de 2%-regel berekend ?

Er wordt de som gemaakt van de totale verliesoppervlakte van alle nieuwe en vernieuwde constructies.

 

Voor transparante constructies (vensters, dakkoepels) geldt een Umax-eis voor het geheel (glas en profiel samen) én een Umax-eis voor de beglazing.  Beide oppervlaktes worden samengeteld. Het glas wordt dus twee keer geteld.  Eén keer de oppervlakte van het raamgeheel, daarna ook de oppervlakte van het glas. Deze “dubbele boekhouding” verklaart het verschil met de berekening van het verliesoppervlak voor bv. het K-peil.

Vervolgens wordt gekeken naar de componenten die niet voldoen aan de EPB-eisen.  Ook hier worden ramen en beglazing apart gerekend.

 

 

Enkele voorbeeldsituaties

 

1ste situatie: De koepel en de nieuwe scheimuren voldoen niet aan de U-waarden, wat valt onder de 2% regel?

We beschouwen een nieuwbouw uitbreiding aan een bestaande rijwoning. Het ontwerp voorziet een nieuw aangebouwd volume voor een open keuken.  Dit volume is voorzien van een plat dak.  Er wordt een nieuw raamgeheel geplaatst over de volledige tuinbreedte.  In het platte dak wordt een beglaasde dakkoepel voorzien van 1 m².  De bestaande tuinafsluiting in betonplaten wordt vervangen door een nieuwe scheimuur. 

Voor dit project gelden de max. U-waarden op de nieuwe scheidingsconstructies. De nieuwe vloer, het dak en het schrijnwerkgeheel in de nieuwe achtergevel voldoen.Voor de nieuwe scheimuren blijkt de spouwmuurisolatie onvoldoende.  Ook de dakkoepel voldoet niet aan de gestelde eisen.

De totale oppervlakte die in aanmerking genomen wordt voor de berekening van de 2%-regel, is de som van de oppervlaktes van de vloer, het dak, de dakkoepel en de beglazing van de koepel, het nieuwe raam in de achtergevel en de beglazing van dat raam.  Deze totale oppervlakte bedraagt 67,30 m2 en vormt 100%.

De vrijgestelde oppervlakte bedraagt: 2% van 67,30 m² = 1,35 m2.  Op deze oppervlakte wordt geen boete berekend.

De koepel en de beglazing van de koepel voldoen niet. Voor het niet behalen van de U-max waarden voor de dakkoepel van 1 m² zal geen boete aangerekend worden. De oppervlakte van de koepel valt onder de vrijstelling van de 1,35 m².

De twee nieuwe scheimuren voldoen beiden niet.  De 2%-regel geldt echter niet voor scheimuren.  Hiervoor zal dus wel een boete worden aangerekend.

 

2de situatie: Meerdere delen vrijstellen met 2% regel?

Een andere mogelijkheid is het geval dat meerdere delen (die niet voldoen) (gedeeltelijk) vrijgesteld worden. Bijvoorbeeld: stel dat 2% van de oppervlakte 10 m² bedraagt en er is een scheidingsconstructie van 8 m² is die niet voldoet en één van 4 m².

Eerst zal de scheidingsconstructie bekeken worden met de grootste impact op de boete (dus degene met de grootste afwijking t.o.v. de eis. In dit voorbeeld is dit de 4m². Vervolgens kan nog 6 m² vrijgesteld worden. De constructie van 8 m² wordt gedeeltelijk vrijgeteld. Voor de overige 2 m² zal de boete wel aangerekend worden (indien de totaalboete > 250 euro is).

 

3de situatie: Hoe wordt de 2% regel berekend bij flats? Is dit over het verliesoppervlak van het gehele gebouw of enkel van dit van de EPB-eenheden (flats)?

Wat met de deur bij de binnenmuren tussen de gemeenschappelijke delen en de appartementen : Moet deze voldoen aan de eis van 1.0?

  • De 2%-regel geldt alleen voor de scheidingscontructies die het beschermd volume omhullen, m.a.w. deze van het verliesoppervlak.
  • De 2%-regel heeft betrekking op constructies die grenzen aan de buitenomgeving, aan een AOR, volle grond, kelder of kruipruimte.
  • De 2% wordt berekend per appartement.  Gemeenschappelijke delen (liften, schachten, inkom en trappenhuizen) kunnen worden samengenomen in 1 epb-eenheid.  Let wel, ook voor deze ‘eenheid’ geldt de 2%-regel op het verliesoppervlak.  Opletten dus met bijvoorbeeld ingebouwde brievenbussen waardoor de muurisolatie plaatselijk dunner is of met rookkoepels in gemeenschappelijke trappenhuizen.
  • De 2%-regel geldt niet voor scheidingsconstructies binnen het beschermd volume.  Muren die grenzen aan andere appartementen of aan gemene delen tellen niet mee bij het bepalen van de verliesoppervlakte waarop de 2%-regel wordt toegepast. Ze kunnen geen vrijstelling krijgen en zullen steeds moeten voldoen.

Voor individuele toegangsdeuren naar de individuele appartementen vanuit de gemeenschappelijke delen gelden tot op heden geen EPB-eisen. Er is dan ook geen enkel probleem indien de deuren niet voldoen aan de Umax-eis van 1 Wm²/K.

 

 

Mogelijkheid tot vrijstelling

Tevens is in de wetgeving een artikel opgenomen voor de aanvraag tot  vrijstelling van één of meerdere eisen of kan een afwijking van één of meerdere eisen gevraagd.

Individuele vrijstellingen en individuele afwijkingen worden door de aangifteplichtige bij het Vlaams Energieagentschap aangevraagd voor de start van de werken en uiterlijk negen maanden nadat de stedenbouwkundige vergunning is aangevraagd of de melding is gedaan.