EPB-software

Positief effect van randisolatie in de U-waarde van de vloer vanaf 2019

27 februari 2019

In 2018 bespraken we de beperkte mogelijkheid tot invoer van randisolatie in EPB. Na lang wachten is het gewijzigde standpunt van de Vlaamse Overheid hieromtrent een feit. Voor omgevingsvergunningsaanvragen voor stedenbouwkundige handelingen of meldingen vanaf 1 januari 2019 kan het positieve effect van randisolatie van een vloer op volle grond ingerekend worden onder bepaalde voorwaarden.

We bespreken verder hoe randisolatie berekend kan worden en wat de invloed is op de EPB-resultaten.

CONTEXT

 

Het betreft vloeren op volle grond die zich op dezelfde hoogte of dichtbij het maaiveld-niveau bevinden. Deze nieuwe vloeren op volle grond dienen te voldoen aan een Umax-waarde (vandaag 0,24 W/m²K). In bepaalde situaties kan het interessant zijn om de vloerisolatie alleen plaatselijk aan de randen te voorzien, waar er het meeste transmissieverlies is. In de centrale zone van de vloer is de grond warmer en is er bijgevolg minder warmteverlies. Vooral in industriële toepassingen of bij zeer grote aaneengesloten vloeren kan het interessant zijn om niet of beperkt te isoleren en vooral isolatie toe te passen aan de randen.

In de EPB-rekenmethodiek zijn er 2 mogelijkheden om de randisolatie te berekenen.

 

Belangrijk: wanneer deze methodes gekozen en berekend worden, mag de randisolatie niet meer beschouwd worden voor de desbetreffende bouwknoop! De bouwknoop funderingsaansluiting moet bijgevolg steeds afzonderlijk nagekeken worden volgens de basisregels of via een gevalideerde numerieke berekening zonder rekening te houden met de aanwezigheid van de randisolatie.

 

 

1. Eenvoudige berekeningsmethode


De vereenvoudigde methode voor randisolatie (wordt in de EPB-software 3G ingevoerd als “gedetailleerde berekening”) mag toegepast worden volgens §F.2.2 van het aangepaste transmissiereferentiedocument. De berekening van de U-waarde houdt rekening met het effect van de aaneengesloten oppervlakte, met de perimeter en met het soort randisolatie (horizontaal of verticaal). Hierbij worden enkele voorwaarden gesteld:

 

A.     De randisolatie wordt toegepast volgens één van de configuraties, én

De tekeningen geven vereenvoudigd de mogelijke positie van de randisolatie weer. Verticale en horizontale randisolatie kunnen gecombineerd worden, maar is hier niet weergegeven. Bij combinatie van horizontale en verticale randisolatie, gebruik dan de Ψe,edge-waarde met de grootste invloed (reductie) op de U-waarde.

B.     De randisolatie mag niet meer dan 15% van de totale perimeter onderbroken zijn (Perimeter: omtrek blootgestelde vloer), én

C.     Het aantal onderbrekingen is beperkt tot 15 stuks, én

D.     De randisolatie moet aansluiten op de isolatielaag van de gevel volgens basisregel 1 of 2 van de EPB-aanvaarde bouwknopen (zie ook bijlage VIII bij het Energiebesluit);

Wanneer aan één van deze voorwaarden niet is voldaan, wordt in de EPB-software de randisolatie niet in rekening genomen in de berekening van de U-waarde. Er wordt dan met het volgende gerekend:

-        ofwel de U-waarde van de vloer zonder de randisolatie;

-        ofwel de berekende U-waarde via de gedetailleerde methode.

 

 

2.     Gedetailleerde berekeningsmethode

 

Voor omgevingsvergunningsaanvragen voor stedenbouwkundige handelingen of meldingen vanaf 1 januari 2019 wordt de mogelijkheid geboden om het resultaat van een gevalideerde numerieke berekening van de lineaire warmtedoorgangscoëfficiënt Ψe,edge in te geven. Er wordt een toeslag op de U-waarde bepaald op voorwaarde dat:

 

A.     de onderbreking van de randisolatie beperkt is, zowel in aantal (max 15 stuks) als uitgedrukt in ononderbroken percentage van de perimeter (15%), én

B.     er een gevalideerde numerieke berekening van de Ψe,edge beschikbaar is.

 

De berekening houdt in dit geval rekening met:

-        aantal en percentage onderbrekingen;

-        het effect van de aaneengesloten oppervlakte en de perimeter;

-        het type randisolatie (horizontaal of verticaal);

-        de nauwkeurig berekende waarde van Ψe,edge.

 

 

CASE STUDIE in EPB 3G

 

Ter illustratie beschouwen we een industriële loods die nieuw gebouwd wordt. Deze grenst met de korte zijde aan een bestaande loods op een aangrenzend perceel.

Voor de nieuwe loods voeren we een gewapende vloerplaat uit beton in de EPB-software in: 200 m² met dikte 20cm, zonder isolatie.

Zonder randisolatie en een vereenvoudigde berekening wordt een U-waarde berekend van 0,79 W/m²K. Dit levert een boete op van 6.468 €.

Een gedetailleerde berekening zonder randisolatie levert al een veel betere U-waarde op: 0,52 W/m²K (boete 3.293 €).

Wanneer er een strook horizontale randisolatie kan worden geplaatst (breedte 1,5 meter, dikte 12cm, lambda 0,035 W/mK), en er is voldaan aan de beschreven voorwaarden (er is 1 onderbreking ter plaatse van een toegangspoort breedte 3,5 m), is de U-waarde =  0,41 W/m²K. De berekende boete is nu gedaald naar 2.000 €.

Wanneer de randisolatie verticaal wordt voorzien (diepte 1m, dikte 12cm en lambda 0,035 W/mK), komt de U-waarde op gelijkaardig niveau uit: U = 0,39 W/m²K. Berekende boete 1.764 €.

Door de vloer minimaal te isoleren (bv. 5 of 6cm XPS) kan voldaan worden aan de Umax-waarde van 0,24 W/m²K, en de boete herleid tot 0 €. Deze werkwijze was zonder het inrekenen van de randisolatie niet mogelijk (BA < 2019).

 

 

CONCLUSIE BIJ BOUWAANVRAGEN VANAF 1/1/2019

 

Door de randisolatie in detail te kunnen inrekenen, zal de vloer niet automatisch voldoen aan de EPB-eis voor de U-waarde van een vloer op volle grond. Met de nodige aandacht en enkele minimale ingrepen, is het voor bouwaanvragen vanaf 1/1/2019 wél eenvoudiger om te voldoen aan de Umax-waarde van 0,24 W/m²K.

Deze methode is geldig voor alle soorten projecten (aard van de werken en bestemmingen).

Hoe kleiner de blootgestelde perimeter van de vloer, hoe lager de U-waarde zal zijn. Anderzijds wordt in dat geval al snel het percentage aan onderbrekingen overschreden, waardoor de randisolatie niet langer in rekening wordt gebracht.